Toen één van de belangrijkste galeries voor hedendaagde kunst van de wereld vond dat haar werk kunst is, durfde Flore Zoé zich voorzichtig kunstenaar te noemen. Creëren is als een soort oerkracht in haar en fotografie is haar voornaamste medium.
Als zesjarig meisje maakte ze al foto’s met de zware metalen Nikon van haar vader. “Het was de angst van mijn vader dat ik het als kunstenaar heel moeilijk zou krijgen. Daar heeft hij ook gelijk in gehad”, geeft Flore Zoé toe. “Toen ik na mijn studie psychologie toch voor mijn grootste passie fotografie koos, was het inderdaad knokken om te overleven en nieuwe kunstprojecten te kunnen financieren. Inmiddels ben ik hard op weg naar het niveau dat ik ambieer. Vijf jaar geleden ben ik getekend bij Opera Gallery. De Parijse directeur van een galerie in Singapore zag het fotowerk The Bath uit de serie Spirit en vond het fantastisch. Met veertien vestigingen wereldwijd hangt mijn werk nu van Hong Kong tot in New York. In Parijs hing ik naast een Picasso en in Londen naast een Dali!”
“Achter elk stuk dat ik maak zitten maanden of jaren aan onderzoek en conceptontwikkeling. Dat is meteen het gave aan mijn vak: ik kan me helemaal in een onderwerp verdiepen. Ik vind het zó interessant hoe het menselijk brein werkt, dat zie je terug in mijn kunst. Daarnaast speelt geschiedenis vaak een rol in wat ik maak. Neem bijvoorbeeld mijn serie Porcelain. Vrouwen wereldwijd gebruiken al eeuwenlang make-up om zich aantrekkelijker te maken. Hoe ontwikkelen deze ideeën over schoonheid zich? En hoe denken we er nu over met de komst van allerlei ingrepen om de jeugdigheid te verlengen? Al deze vraagstukken komen samen in de portrettenreeks Porcelain.
“Fotografie is een prachtig medium, maar ik wil me ook breder ontwikkelen. Ik ben al zo’n zes jaar bezig met een nieuw project The Black Tear, dat in eerste instantie eendimensionaal zou zijn. Naarmate het concept zich verder ontwikkelde en we er drie shoots op hadden zitten, dacht ik: dit is niet genoeg. Ik kwam tot de conclusie dat ik met fotografie alleen, mijn concept niet kon verwezenlijken. Ik wilde dat het driedimensionaal was. Ik nam mezelf voor om weer te creëren zoals ik dat als kind deed en niet te denken binnen één medium. The Black Tear wordt daarom een object met elementen van fotografie, schilderwerk en sculptuur.”
Flore Zoé is vijf jaar geleden ingetrokken in een ruime unit in BINK36 die gebruikt wordt als atelier en fotostudio. Met een team van vijf mensen werkt ze vanuit hier aan haar series en doet ze daarnaast corporate business shoots en maakt ze family art work.
“Het is fantastisch om zoveel ruimte te hebben. Qua inrichting hebben we alles bij elkaar geraapt en gezocht. Je ziet hier oude meubels, een antieke Japanse kast, maar ook moderne designstoelen en industriële items. Sommige dingen heb ik zelfs bij het grofvuil vandaan gehaald. Belangrijk vind ik om mijn werk goed te kunnen tonen en dat de ruimte een creatieve sfeer ademt. Wat ik gaaf vind is de rauwe, industriële vloer. Die hebben we helemaal authentiek gelaten en gecoat.”
“Ik vind dat BINK36 zich bijzonder goed heeft ontwikkeld de laatste jaren. Zo wordt het pand opgeknapt en komen er zonnepanelen. Wat ik ook leuk vind, zijn de borrels die worden georganiseerd. Ik hoop volgende keer nog meer ondernemers uit BINK36 te ontmoeten!”